News

Alumni 1991 serie: Ellen Schindler

Mon 13 Feb

You can find the English version of this article below

In deze reeks interviewen we alumni die in 1991 afstudeerden aan de Willem de Kooning Academie. Hoe gaat het nu met ze? Hoe hebben zij hun tijd op de academie ervaren? Hoe kijken zij hier nu, meer dan dertig jaar later, op terug? En wat kunnen huidige studenten van hen leren? Je leest het in deze 10-delige serie.

Deze serie is een idee van Guus Vreeburg die na een lange loopbaan als docent bij de WdKA in 2019 gepensioneerd is. Interview en tekst door Julia de Roo, de inhouse-journalist van WdKA.

In dit artikel lees je een interview met Ellen Schindler. Ellen werkt als partner | CEO bij De Zwarte Hond, ontwerpbureau voor architectuur, stedenbouw en strategie met ca. 130 werknemers verdeeld over drie vestigingen in Groningen, Rotterdam en Keulen. Daarnaast is Schindler kroonlid van de Raad voor Cultuur, het wettelijk adviesorgaan van de regering en het parlement op het terrein van kunst, cultuur, media en de ontwerpsector. Eind november kwam haar boek METRO 010 uit, een graphic novel over de geschiedenis van Rotterdam. METRO 010 is een uitgave van Stichting Ken Je Stad, Maak Je Stad. De stichting is een initiatief van Schindler en stelt zich tot doel cultuur- en architectuureducatie te bevorderen bij de jonge bewoners van de stad.

De stad en haar rijke geschiedenis, cultuur en architectuur is een rode draad in het (professionele) leven van Ellen. Toch is Ellen geen geboren Rotterdammer. Ze groeide op in Heerlen, in Zuid-Limburg, waar ze al snel niet meer genoeg uitdaging vond. Ze verhuisde naar Rotterdam op haar 17e, waar ze begon aan de studie interieurontwerp aan de Willem de Kooning Academie. In dit interview vertelt ze over haar ervaring op de academie als jonge nieuwkomer, haar liefde voor de stad Rotterdam en het benutten van kansen.

 

 

 

Hoe heeft u uw studietijd op WdKA beleefd?

“Dat was heel pittig. Ik was erg jong, 17 jaar, en het voelde alsof ik van niks wist. Ik merkte dat er een groot verschil was tussen mij en mijn klasgenoten. Zij waren ouder en hadden al meer kennis over architectuur en de stad Rotterdam. Dat maakte dat ik sterk het gevoel kreeg dat ik mezelf moest bewijzen. Ik bracht uren, dagen door in de bibliotheek om meer te leren over zo ongeveer alles: kunst, cultuur, architectuur. Ik was zeer gemotiveerd en gedreven en wilde er alles aan doen om te zorgen dat ik mijn ‘achterstand’ inhaalde. Achteraf gezien denk ik dat die overigens wel meeviel, maar zo heb ik het destijds wel ervaren.

Het vrije karakter van WdKA  sprak mij heel erg aan. Daarnaast had ik al jong een grote interesse in alles wat met design en kunst te maken had. Het is echter niet zo dat ik dag en nacht bezig was met schetsen of het lezen van boeken over design. Het had gewoon mijn interesse.

Ondanks mijn liefde voor het vak, voelde ‘ontwerpen’ toch niet als mijn roeping. Ik was breed geïnteresseerd en werkte tijdens mijn studie aan veel verschillende projecten, maar ik miste die diepgewortelde passie om te ontwerpen. Ik stond ’s ochtend niet op met de gedachte ‘ik ga vandaag weer iets heel bijzonders maken’. Maar als je dat niet hebt als ontwerper dan word je marginaal en marginaal zijn is voor mij niet genoeg. Dus tegen het eind van mijn studie ontstond het idee dat deze studie voor mij niet het eindstation was.”

Wat bent u na de academie gaan doen?

“Ik besloot me wat breder te oriënteren en begon aan een bachelor kunst & cultuurwetenschappen op de Erasmus Universiteit. Hier voelde ik mij als een vis in het water: lezen, colleges volgen, studeren. Dit was echter wel mijn tweede studie, dus ik moest naast de studie wel al gewoon werken en die combinatie maakte dat ik uiteindelijk alles doorlopen heb behalve het schrijven van mijn scriptie. Jammer, zou je kunnen zeggen, maar het heeft me nooit echt belemmerd in mijn uiteindelijk loopbaan. 

Ik begon met werken als pr-medewerker bij het ontwerpbureau van Adriaan Geuze, West 8 en daarna als PA van architecte Francine Houben bij Mecanoo architecten, een functie die ik aansluitend ook nog een paar jaar weer bij Adriaan Geuze heb vervuld. Door jarenlang zij-aan-zij te lopen met deze twee personen heb ik tot in de kern kunnen leren wat ervoor nodig is om een succesvol ontwerpbureau te leiden, door alle gelederen van een bureau heen. Dat ik zelf ook aan de academie heb gestudeerd, droeg hier enorm aan bij. Ik had inzicht in het ontwerpproces en had veel kennis over het vak.

Deze jaren waren ongelofelijk spannend en leerzaam, maar ook heel stressvol en ik wilde meer. Een heftige ziekte gooide twee jaar lang roet in het eten, maar die maakten ook dat ik besloot het roer om te gooien. Omdat ik nog niet echt wist hoe ik verder wilde besloot ik als officemanager bij Kosmann.dejong te gaan werken, een ontwerpbureau voor museale tentoonstellingen in Amsterdam. Een bureau met potentie, zag ik meteen, en al snel begon ik als office manager ook andere taken op te pakken. Ik zag kansen voor niet alleen nationale maar ook internationale groei en ontwikkeling, en pakte die aan. Uiteindelijk   werd ik zakelijk leider, later directeur en uiteindelijk partner. Dit heb ik 13 jaar gedaan. Het bureau groeide uit van 8 tot ca. 30 mensen en met opdrachtgevers in meer dan 15 landen, van Taiwan tot Abu Dhabi en van IJsland tot de Verenigde Staten. Ik heb echt jarenlang de hele wereld rondgereisd. Maar ondertussen ook twee kinderen gekregen en vier dagen per week heen- en weer gereisd naar Amsterdam. Het vele reizen begon me op den duur tegen te staan, ik geloofde het wel. Maar meer nog: ik miste Rotterdam.

Toen ben ik bij verschillende bureaus langsgegaan om eens een gesprek te hebben. Gewoon kennismaken, de markt verkennen en onderzoeken wat daar voor mij te halen valt. Na een aantal gesprekken, oa. met Jeroen de Willigen, partner | creatief directeur bij De Zwarte Hond die ik al kende uit het Rotterdamse, kwam ik uiteindelijk bij De Zwarte Hond terecht. En daar werk ik nu alweer 4 jaar als partner | CEO. Binnen DZH houd ik mij bezig met de cultuur van het bureau, zou je kunnen zeggen. Intern naar onze eigen medewerkers: Wie zijn wij als werkgever? Hoe waarborgen wij inclusie en diversiteit? Hoe bieden wij onze medewerkers een perspectief tot ontwikkeling? Maar ook extern naar ons Umfelt: Wat betekenen wij voor de steden waarin wij een bureau hebben? Hoe kunnen wij bijdragen aan de ontwikkeling ons vakgebied? En hoe verhouden wij ons tot maatschappelijke vraagstukken?

Naast mijn baan bij DZH ben ik sinds een jaar ook raadslid van de Raad voor Cultuur en eind November 2022 komt de graphic novel METRO 010 uit via de door mij geïnitieerde stichting ‘Ken je Stad Maak je Stad!’. Ik vind het belangrijk om bij te dragen aan kennisdeling en de ontwikkeling van cultuur en stad. ‘Ontwikkeling mogelijk maken’ is denk ik wel mijn Leitmotiv, de rode draad door mijn loopbaan.”

Wat van wat je toen geleerd hebt is nu nog relevant voor uw huidige activiteiten? 

“Door het boekproject van de stichting voelt het alsof de cirkel rond is. Alles komt hierin samen: mijn liefde voor architectuur, de stad, de samenwerking met de creatieve sector in de stad. Dat vrije en grootse denken heb ik echt geleerd op de academie. Ook het interdisciplinaire aspect van de academie komt terug in dit project, waar veel verschillende creatieve makers aan hebben gewerkt.

Ik denk dat ik onbewust altijd al vooral een ondernemer ben geweest, meer nog dan ontwerper. Mijn glas is altijd halfvol en als ik kansen zie dan wil ik die aangrijpen, om de wereld om mij heen een beetje beter en mooier te maken. Maar het meest belangrijk echter is, dat leer ik ook mijn twee jongens, dat je vooral iets moet doen wat je leuk vindt. Dat is de basis, het begin en van daaruit volgt de rest. Daar ben ik van overtuigd. 

Wat de sleutel tot succes is? Veel leren van anderen om je heen, vragen durven stellen en af en toe een sprong in het diepe wagen. En natuurlijk is het soms ook heel hard werken, maar dat is niet erg als je iets echt leuk vindt."

Wat voor advies zou je geven aan studenten van nu?

“Kies voor datgene dat diep van binnen goed voelt, want je moet nog heel lang werken. Als je iets leuk vindt dan is de kans groter dat je er ook goed in wordt. Je kan alles worden wat je wilt en er zijn veel kansen om je heen, al voelt dat misschien niet altijd zo. De middelen die tot je beschikking staan in deze tijd kunnen je hierin helpen. Er zijn ongelofelijk veel kansen maar ook veel prikkels. Mijn advies is om je daar niet door af te laten leiden en de kansen die je hebt optimaal te benutten om stap voor stap dichter bij jouw doel te komen.”

English

In this series, we interview alumni who graduated from the Willem de Kooning Academy in 1991. How are they doing now? How did they experience their time at the academy? How do they look back on it now, more than thirty years later? And what can current students learn from them? You'll read about it in this 10-part series.

This series is an idea of Guus Vreeburg who is retired in 2019 after a long career as a teacher at the WdKA. Interview and text by Julia de Roo, WdKA's in-house journalist.

In this article you will read an interview with Ellen Schindler. Ellen works as CEO of The Black Dog, design firm for architecture, urbanism and strategy. She is also a crown member of the Council for Culture and founded the Ken je Stad Maak je Stad! foundation in November 2021, which focuses on sharing the history and culture of Rotterdam with young people in the form of a graphic novel called METRO 010. The city and its rich history, culture and architecture seems to be a common thread in Ellen's (professional) life. Yet Ellen was not born a city girl. She grew up in Heerlen, a small town in Limburg where she soon didn't find enough challenge. She moved to Rotterdam at 17, where she began studying interior design at the Willem de Kooning Academy. In this interview, she talks about her experience at the academy as a young newcomer, her love for the city of Rotterdam and taking advantage of opportunities.

How did you experience your time at WdKA?

"That was very challenging. I was very young, 17 years old, and I felt like I didn't know anything. I noticed that there was a big difference between me and my classmates. They were older and already had more knowledge about architecture and the city of Rotterdam. That made me feel strongly that I had to prove myself. I spent hours, days in the library learning more about just about everything: art, culture, architecture. I was highly motivated and driven and wanted to do everything I could to make sure I caught up with my backlog. In retrospect, I don't think the backlog was that bad, but that's how I felt at the time.

The free character of WdKA really appealed to me. In addition, from an early age I had a great interest in everything to do with design and art. However, it is not that I was busy sketching or reading books about design day and night. It just had my interest.

Despite my love for the profession, design still didn't feel like my calling. I was broadly interested and worked on many different projects during my studies, but I missed that deep-rooted passion to design. I didn't get up in the morning with the thought 'I'm going to make something really special again today'. But if you don't have that as a designer you become marginal, and being marginal is not enough for me. So towards the end of my studies the idea arose that this study was not the end station for me."

What did you start doing after the academy?

"I decided to orient myself a little more broadly and started a bachelor in Arts & Culture Studies at Erasmus University. Here, I felt like a fish in the water: reading, attending lectures, studying. However, this was my second study, so I already had to work alongside my studies and that combination meant that I ended up doing everything but writing my thesis. Too bad, you might say, but it never really hindered me in my career.

I started working as a public relations assistant at Adriaan Geuze's design firm, West 8, and then as PA of architect Francine Houben at Mecanoo architects, a position I subsequently held again for a few years at Adriaan Geuze. By walking side-by-side with these two individuals for many years, I was able to learn to the core what it takes to run a successful design studio, through all the ranks of an office. The fact that I myself studied at the academy contributed greatly to this. I had insight into the design process and had a lot of knowledge of the profession.

These years were incredibly exciting and educational, but also very stressful and I wanted more. An intense illness threw a spanner in the works for two years, but these also made me decide to change course. Not really knowing what I wanted to do next, I decided to work as an office manager at Kosmann.dejong, a design agency for museum exhibitions in Amsterdam. An agency with potential, I immediately saw, and soon I started taking on other tasks as office manager. I saw opportunities for not only national but also international growth and development, and seized them. Eventually I became business leader, later director and finally partner. I did this for 13 years. The firm grew from 8 to about 30 people and with clients in more than 15 countries, from Taiwan to Abu Dhabi and from Iceland to the United States. I really spent years traveling around the world. But meanwhile I also had two children and traveled back and forth to Amsterdam four days a week. In the long run, the travelling started to bother me; I believed it. But more than that: I missed Rotterdam.

Then I went to several agencies to have a talk. Just to get acquainted, explore the market and see what I could get out of it. After several conversations, including with Jeroen de Willigen, partner and creative director at De Zwarte Hond, whom I already knew from Rotterdam, I finally ended up at De Zwarte Hond. And I have been working there for 4 years now as partner and CEO. Within DZH I deal with the culture of the agency, you could say. Internally to our own employees: Who are we as an employer? How do we ensure inclusion and diversity? How do we offer our employees a perspective for development? But also externally to our Umfelt: What do we mean to the cities in which we have an agency? How can we contribute to the development our field? And how do we relate to social issues?

In addition to my job at DZH, I have also been a council member of the Council for Culture for a year now, and at the end of November 2022, the graphic novel METRO 010 will be released through the 'Know Your City Make Your City!' foundation I initiated. I find it important to contribute to knowledge sharing and the development of culture and city. I guess 'Making development possible' is my Leitmotiv, the thread running through my career."

What of what you learned then is still relevant to your current activities today?

"The foundation's book project makes it feel like it has come full circle. Everything comes together in this: my love of architecture, the city, collaboration with the creative sector in the city. I really learned that free and grand thinking at the academy. The interdisciplinary aspect of the academy is also reflected in this project, on which many different creative makers worked.

I think subconsciously I've always been primarily an entrepreneur, more so than designer. My glass is always half full and when I see opportunities I want to seize them, to make the world around me a little better and more beautiful. But the most important thing, as I teach my two boys, is that you should do something you enjoy. That is the basis, the beginning, and from there the rest follows. I am convinced of that.

What is the key to success? Learning a lot from others around you, daring to ask questions and taking the occasional leap of faith. And of course sometimes it is also very hard work, but that is not a bad thing if you really like something."

What advice would you give to students now?

"Choose that which feels good deep down, because you have a long time to work. If you like something then you are more likely to become good at it. You can become anything you want and there are many opportunities around you, although it may not always feel that way. The resources available to you at this time can help you in this. There are incredible opportunities but also many incentives. My advice is not to let that distract you and make the most of the opportunities you have to get closer to your goal step by step."